Oog voor het Hart: de miniECG

Achtergrond

Eén op de drie mensen in Nederland overlijdt aan hart- en vaatziekten. Daarmee is het de meest voorkomende doodsoorzaak. Hart- en vaatziekten zorgen dan ook voor een enorme belasting van het zorgstelsel. Er komen door vergrijzing en een toename in overgewicht en diabetes steeds meer hartpatiënten bij, wat de zorg maar amper bijhoudt. Hierdoor stokt de levensverwachting en -kwaliteit van hartpatiënten, en is volgens het Centraal Bureau voor Statistiek al 10 jaar een zorgplafond bereikt.

Een hartfilmpje (ECG) is het belangrijkste middel om te zien of er iets mis is met het hart. Een standaard ECG meet met 10 plak-elektroden op het lichaam 12 afleidingen, waarmee een volledige diagnose wordt gesteld. Dit wordt doorgaans door een speciaal getrainde arts gedaan in het ziekenhuis, met behulp van een groot en duur ECG-apparaat. Door de prijs en benodigde expertise kunnen huisartsen vaak geen ECG meten, waardoor zij alle patiënten met mogelijke hartklachten doorverwijzen. Het blijkt echter dat 90% van de doorverwijzingen onterecht is, wat onnodig specialisten belast en wachtlijsten verlengt. Daarentegen blijft bij 90% van de sterfgevallen de hartziekte onopgemerkt. De doeltreffendheid van hartzorg schiet dus tekort.

Doelstelling

Het doel van dit project is de diagnostische middelen vanuit het ziekenhuis naar de huisarts te brengen, zodat patiënten beter en sneller worden geholpen, en specialisten niet onnodig worden belast. Een ECG afnemen moet makkelijker, sneller en doeltreffender.

Innovatie

Het miniECG maakt het mogelijk om met een goedkoop apparaat op zakformaat met 4 droge elektroden een volledig ECG met 12 afleidingen te maken. Dit kan snel en makkelijk door elke arts.

Belang voor de sector

Het miniECG zorgt dat hartpatiënten sneller en beter worden geholpen, en dat specialisten minder worden belast. Zo wordt het zorgplafond eindelijk doorbroken.